Wat doe je zoal tijdens Blue Monday? Nou, een leuk boek bespreken met elkaar!
Zoals Ineke, Petra, Ingrid, Thelma, Margreet en Annemarieke hebben gedaan.
Het gaat om het boek ‘Wijze lessen’, uitgegeven door de OU. Voor meer info zie: https://www.ou.nl/web/wijze-lessen (hier kun je o.a. dit boek gratis downloaden).Het boek begint met inzichten uit de wetenschap gevuld door 12 bouwstenen die gericht zijn om leerlingen aan het denken te zetten.
Eerste indruk
- De inhoud is heel herkenbaar voor een onderwijskundige
- Mooi gestructureerd waardoor heel veel onderwijskundige kennis overzichtelijk wordt gepresenteerd
- Fijn referentieboek voor ons als onderwijskundigen, maar ook voor docenten
- Vrij theoretisch (hoge informatiedichtheid?), maar wel goed om dit op een rijtje te krijgen
- Naast uitleg vanuit de cognitieve leerpsychologie ook uitleg op basis van ervaringsonderzoeken. Die combinatie samen met praktijkvoorbeelden maakt het heel waardevol
- Genoemde voorbeelden zijn gericht op het voortgezet onderwijs. We missen voorbeelden voor het beroepsonderwijs
- Het boek sluit enorm aan op het boek ‘Op schouders van reuzen’, het boek dat we eerder binnen NetOO besproken hebben.
Voorafgaand aan de bijeenkomst hebben we met behulp van een Padlet allerlei vragen en reacties verzameld. Tijdens de bijeenkomst hebben we ons met name gebogen over de volgende twee hoofdvragen
1. Hoe breng je deze materie over aan de docent? (ook in het MBO/HBO/WO?)
2. Wat kunnen we als onderwijskundige adviseurs er zelf mee?
Tijdens het bespreken van de eerste vraag kwamen verschillende punten naar voren, zoals dat er best veel voorkennis nodig is om het boek goed te begrijpen. Daarnaast geeft het boek wel veel input om docenten aan het denken te zetten. Heeft een docent al deze theoretische kennis nodig of werkt het beter om uit een voorbeeld vanuit de praktijk de theorie te krijgen?
We bespreken dat we de indruk hebben dat in het onderwijs prestatie vaak voorop staat en niet het leren zelf en in hoeverre een docent niet al een expert in leren moet zijn naast zijn vakdeskundigheid. Waarbij een accent op leerlingen het leren zelfstandig te leren een investering is in de toekomst. (Als dat gedaan was hadden nu leerlingen en studenten meer online zelfstandiger aan de slag kunnen gaan).
Het daadwerkelijk aan de slag gaan met alle bouwstenen lijkt veel tijd te kosten. Al lijkt ook dit weer een goede investering. We bespraken dat er aandacht moet blijven voor het bespreken van effectieve didactiek (er moet iemand zijn die dit elke keer weer op de agenda zet om te bespreken). Docenten moeten in gesprek blijven over wanneer het ‘goed genoeg’ is, bij elkaar kijken en voorbeelden uitwisselen. Dit wordt regelmatig geopperd, maar in de praktijk blijkt dat hier in werkelijkheid weinig uit voort komt. Komt dit omdat je hiermee niet snel effect ziet, waarbij de kosten en inzet hoog zijn? Eigenlijk raar dat we maar steeds niet echt investeren in effectieve didactiek (uitzonderingen nagelaten….).
We hebben ook kort de relatie met werkdruk aangestipt. Kan het zijn dat effectieve didactiek (met deze 12 bouwstenen) ook iets doet met de werkdruk die docenten ervaren? Kan het zelfs helpen om werkdruk te verlagen?
Wat kunnen we er zelf mee?
Het boek is met name gericht op het Voortgezet Onderwijs, maar omdat wij voornamelijk in andere onderwijssettings werken hebben we daarnaast gekeken hoe we dat naar onze werkvelden konden vertalen.
Als onderwijskundigen zouden we deze kennis allemaal al goed moeten weten en docenten hier meer op kunnen coachen. Zo zouden we wat vaker een docent op een bouwsteen kunnen attenderen. Of mooie uitspraken uit het boeken voorleggen aan docenten om hierop te reflecteren en de discussie te starten. Bijvoorbeeld “Presteren is geen leren”.
De kern van het boek is werken aan effectieve didactiek om leerlingen te laten nadenken. Als onderwijskundigen kunnen we dit gebruiken om docenten te helpen bij het reflecteren op wat goed lesgeven is.
Tot slot concludeerden we dat we nog een bouwsteen missen in het boek: Urgentie aantonen. Hoe kun je als docent het beste de waarde van het te leren overbrengen (betekenisvol maken). Dat kan eventueel met een advanced organizer. Het lijkt erop dat de bouwstenen in het boek er van uit gaan dat dit bekend is (misconceptie?). In het VO lijkt het dat er met name veel nadruk is op toetsen (i.p.v. leren) en er wordt niet vaak naar het nut gevraagd of uitgelegd. Dit moet dan in de juiste context geplaatst worden. Bijvoorbeeld: niet adviesvaardigheden als vak, maar geïntegreerd in andere vakken of in een project waar studenten aan de slag gaan met een advies voor een externe opdrachtgever. En met meer verbinding met andere vakken, dus docenten met elkaar laten afstemmen.
Kortom, veel besproken en nog veel vragen die open staan. Daarom komen we over een maand weer samen om enkele bouwstenen apart onder de loep te nemen.
Poster wijze lessen: https://www.ou.nl/documents/846784/846881/OW_WijzeLessen_Poster_.jpg